HOOFDSTUK I:
01. Feiten of symboliek?
02. Schrijvers en schriftgeleerden
03. Werkelijkheid en fictie
04. Israël en Heilig Land
05. Het toneelstuk
HOOFDSTUK II
01. Beeldspraak
02. Gelijkenissen
03. Macrokosmos is microkosmos
04. Zo vader, zo zoon
05. Van de eerste tot de laatste Adam
06. Gelijktijdigheid
07. De nieuwe tijd
HOOFDSTUK III:
01. Elementaire en etnische symboliek
02. Elementaire ideeën
03. Getallen als elementaire ideeën
04. Volkssymboliek
05. Geleende volkssymboliek
06. Symbolische velden
NAWOORD
AFBEELDINGEN
Afbeelding 1
Afbeelding 2
Afbeelding 3
03. Getallen als elementair ideeën
Zoals inmiddels duidelijk, is het zoeken naar elementaire ideeën een hulp bij het opsporen en ontcijferen van de symboliek in de Bijbel. Zelfs een enkel woord of getal kan in de Heilige Schrift al zinnebeeldig zijn bedoeld, en een analogisch verband weergeven. In de Oudheid bestonden er diverse denkscholen, die de getallenleer (gematria) hanteerden voor hun symboliek, en zodoende zijn er ook in de Bijbel codes ontstaan, die een elementair idee op geabstraheerde wijze weergeven door middel van een getal. Het getal een bijvoorbeeld duidt op de ver-Eniging tot Een. Voor de dualiteit gebruikte men het getal twee, etc.
Het getal zeven komt vaak voor in de Bijbel, en duidt op de voltooiing. Daarmee kan één
afgeronde cyclus van een spiraal zijn bedoeld, of de voltooiing van de totale groeispiraal met zeven windes. Bekend zijn
natuurlijk de zeven scheppingsdagen, die zeven fasen van ons bestaan weergeven ofwel zeven
bewustzijnstoestanden.
Bij Gn.41:29 braken er zeven jaren van overvloed en hongersnood aan.
Gn.41:29-
Zie, er komen zeven jaren, waarin grote overvloed in het gehele land Egypte wezen zal. Daarna zullen zeven jaren van hongersnood aanbreken.
In de Openbaring van Johannes lezen we over de zeven sterren, de zeven schalen van gramschap, de zeven zegels, etc.
Ook het getal twaalf vinden we in de Bijbel terug als elementair motief. Op de eerste plaats bij de twaalf zonen van Jakob, de twaalf stammen van Israël, en verder bij alles wat met hun rituelen samenhing: het borstschild met de twaalf stenen, de twaalf toonbroden en dergelijke. De Bijbel beschrijft twee maal twaalf priesterklassen, vier maal twaalf Levietensteden, twaalf afdelingen dienstplichtigen. In het Nieuwe Testament is er nog eens sprake van twaalf apostelen. Uiteindelijk zal het getal twaalf betrekking hebben op de cyclus van de twaalf sterrenbeelden. Meest sprekende gelijkenissen zijn de stad Jeruzalem met haar twaalf poorten.
Opb.21:12-
En zij hadden een grote hoge muur en zij had twaalf poorten en op de poorten twaalf engelen,
en namen op de poorten geschreven,
welke zijn die van de twaalf stammen der kinderen Israëls. Naar het oosten waren drie poorten en naar het noorden drie poorten en naar het zuiden drie poorten en naar het westen drie poorten. En de muur der stad had twaalf fundamenten en daarop de twaalf namen van de twaalf apostelen des Lams (...).
De koperen zee (1Ko.07: 23) lijkt eveneens op de twaalf sterrenbeelden. Zij had de omtrek van
een zuivere cirkel, en werd aan vier zijden, noord, zuid, oost en west, geflankeerd door drie runderen,
totaal twaalf.
Bij 1 Ko.18:31 zien we de profeet Elia twaalf stenen oprichten, wellicht grote menhirs die in een kring waren opgesteld en een altaar, of gewijde plaats vormden.
1Ko.18:31-
Elia nam twaalf stenen naar het getal van de stammen der zonen van Jakob, tot wie het woord
des HEREN gekomen was: Israël zal uw naam zijn. Hij bouwde met de stenen een altaar in de
naam des HEREN, en maakte rondom het altaar een groeve ter wijdte van twee maten zaad.
De gewijde plaats kan als eerbetoon hebben gediend voor de sterrenbeelden, die als goden of hemelse machten werden beschouwd, maar ook als observatorium.
Het feit dat de dezelfde getallen steeds in de Bijbel terugkeren -met name ook het getal veertig- duidt op de gewoonte om elementaire ideeën in het praktische leven uit te dragen. Zij vloeide voort uit de Wet van Analogie, die in alle dagelijkse handelingen was geïntegreerd.
Zoals opgemerkt, kunnen we volkssymboliek herleiden tot een bepaalde traditie, stam of gilde. Een makkelijk voorbeeld is het onderwerp dualiteit.
a.
Sterrenwichelaars en Chaldeeën zullen dit thema hebben uitgebeeld door hemel en aarde, zon en
maan, opkomst en ondergang van de zon.
Gn.01:01-
In den beginne schiep God de hemel en de aarde.
Spr.30:03-
(…) ook ik heb geen wijsheid geleerd, dat ik de Hoogheilige zou kennen. Wie klom op ten hemel en daalde weer neder (…).
b.
Goud -en zilversmeden gebruikten goud en zilver om het dualiteitprincipe te verwoorden. Goud
beeldt hetzelfde uit als de zon; zilver past bij de maan.
Ex.20:33-
(…) gij zult naast Mij geen goden maken; noch van zilver; noch van goud zult gij ze maken.
c.
Voor reizigers zullen de linker en rechter weg, de Zeeweg en de Weg van Horus, herkenbare symbolen zijn geweest.
Jz.23:06-
Weest zeer verstandig in het onderhouden en volbrengen van alles wat geschreven staat in het wetboek van Mozes, opdat gij daarvan niet afwijkt naar rechts of links (…).
Ga verder met hoofdstuk III, paragraaf 04 »